12. de slavin
Zijn overwinning op Kedorlaomer had Abram veranderd van een zwijgzame boskluizenaar in een patriarch met het aanzien van ieder. Alleen, een echte patriarch was hij toch niet, want kinderen had hij niet. Dat begon hem behoorlijk dwars te zitten. Hij had de laatste tijd ook aanhoudend dromen over zijn talrijke nageslacht. Nachtmerries waren het, waarin zijn kinderen en kleinkinderen werden weggevoerd uit het eikenbosje en tot slaaf gemaakt.
Sarai, Abrams vrouw, zag wel dat haar echtgenoot leed onder de kinderloosheid. 'Liever slaven als kinderen, dan helemaal geen kinderen', zei hij. Sarai gunde haar eventuele kinderen toch andere carrières. Ze zag haar man echter niet graag zo verdrietig en zo boos. Ze zei: 'Hagar, mijn Egyptische slavin is een vruchtbare vrouw. Probeer je het eens bij haar?'
Sarai had gelijk gehad, want in no time was Hagar zwanger. Hagar pronkte met haar buik. Voortdurend zei ze tegen Sarai: 'Kijk, ik draag het kind van jouw man, en jij lekker niet.' Sarai vroeg Abram om raad, maar die zei: 'doe maar wat je niet laten kan, Hagar is jouw slavin.' Daarna stuurde Sarai Hagar weg. Zo snel werden Abrams nachtmerries werkelijkheid. Daar verliet zijn nageslacht het eikenbosje, in de buik van Hagar.
Reacties
Een reactie posten