25. de harem
Lea was nu de echtgenote van Jakob, maar haar zuster was dat ook. Het was duidelijk dat Jakob en Rachel nog even gek op elkaar waren als toen ze elkaar zeven jaar geleden voor het eerst gezien hadden. Lea voelde zich buitengesloten. Ze verlangde naar een kind voor zichzelf, om zich verbonden te voelen. Ze begreep al snel dat ze van de terebint-piemel van Jakob weinig kon verwachten. Toch kreeg Lea het voor elkaar om zwanger te worden. Jakob begreep niet hoe ze het gedaan had, maar zij was, als aanstaande vader, toch blij. Haar mannelijkheid werd erdoor bekrachtigd. Lea herhaalde haar kunstje vier keer, waardoor er nu vier zoons in het gezin waren: Ruben, Simeon, Levi en Juda.
Rachel was verdrietig en jaloers. Ze smeekte Jakob om haar ook kinderen te schenken. Jakob voelde een grote verantwoordelijkheid. Aan het zaad van een ram kon Jakob wel komen, maar het zaad van en mens? Ze vroeg daarom Lea om raad, maar die weigerde haar methode prijs te geven. Rachel bood aan om haar slavin Bilha te gebruiken als draagmoeder. Daar stemde Lea mee in. Spoedig werd voor Rachel op deze wijze een zoon geboren. Ze noemde hem Dan.
Tijdens de tarweoogst vond de Ruben, een opgeschoten tiener inmiddels, rijpe liefdesappels. Bedwelmend roken ze! Jongens als Ruben hebben niet veel nodig om in vervoering te raken. In die staat, met de liefdesappels tegen zijn kruis gedrukt, trof zijn moeder hem aan. Lea keek naar de vruchten in zijn handen en lachte. 'Zijn die voor mij?' vroeg ze. 'Natuurlijk, zei Ruben, hevig blozend.
Even later zag Rachel Lea met de liefdesappels. 'Mag is die?' vroeg ze. 'Eerst neem je m'n man, en daarna ook nog de liefdesappels van mijn zoon?' zei Lea. 'In ruil mag jij met Jakob slapen!' zei Rachel, en zo gebeurde. De liefdesappels hield Rachel. Negen maanden later baarden Jakob en Rachel hun zoon Jozef. Wie van de twee zwanger geweest was van de liefdesappels van Ruben vertelt het verhaal niet.
Reacties
Een reactie posten